Naar aanleiding van de nieuwe codes was ik wel benieuwd naar inzet voorstellen bij code 1 of 2.
Deze blijken nogal veel te wisselen bij de diverse regio’s.
Gelderland noordoost en midden bijv.:
Code 1; 2xTS-NBB en 1xTW-G met mogelijke aanvulling van lokale TS en OVD.
Code 2; 4xTS-NBB en 2xTW-g met mogelijke aanvulling van lokale TS en HOVD en OVD.
Hollands midden neemt bij code rood (2) ook een DPH, HV, AB en COH mee.
Brabant Zuid-Oost heeft meerdere voorstellen, afhankelijk van natuurpark of niet (2 om 4 TST)
Utrecht, Limburg Noord en Midden West Brabant alarmeren sowieso geen 4 ts’sen bij een code 2.
Iemand enig idee waarom daar zulke verschillen inzitten en komt hier nog eenduidigheid in?
Deze constatering klopt niet helemaal. Belangrijk is ook om de 'publiekswaarschuwingen' en operationele consequenties uit elkaar te houden. De fasen zijn in de basis puur vanuit communicatie naar de burger ingegeven. Het klopt dat fase 2 gelijk staat aan de oude code oranje en rood, waaraan voor de brandweer dan weer bepaalde inzetvoorstellen gekoppeld zaten.
Utrecht alarmeert bij (operationele) code rood 4x TS, BPH, WTH, HV 4x4 en een flankcommandant en coördinator verplaatsing.
Veel andere regio's maken inmiddels gebruik van "uitbreidingsrisico" als term voor de operationele inzet. Het uitbreidingsrisico is niet één op één gekoppeld aan de droogte: bij fase 2 is er dus niet per definitie sprake van een zeer hoog uitbreidingsrisico. Dat heeft o.a. te maken met de windsnelheid en andere (meteo-)omstandigheden. Er kan dus ook in fase 1 sprake zijn van een zeer hoog uitbreidingsrisico, zoals bijvoorbeeld bij 8 m/s (oosten)wind.
Daarbij is iedere regio vrij om inzetvoorstellen te bepalen bij de kleurcodes of uitbreidingsrisico's. Rondom de Veluwe betekent een zeer hoog uitbreidingsrisico dus direct de alarmering van een peloton TST-NB en een peloton grootwatervoorziening. In Brabant-Noord gaat in eerste aanleg vaak alleen een TS op pad.
Feit is wel dat er momenteel maar weinig natuurbranden zijn die door één TS geblust kunnen worden, zowel gezien de snelle uitbreiding als door de zwaarte van het werk (hoge temperaturen en grondvuur, dus scheppen!).