Uit de medische media

Auteur Topic: Uit de medische media  (gelezen 326679 keer)

0 gebruikers (en 1 gast bekijken dit topic.

RAdeR

  • Hoofd Rode Kruis Noodhulpteam, BLS instructeur
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 14,616
Gepost op: 21 februari 2011, 09:21:59
Nederland telt 450 locaties voor acute zorg
In 2010 zijn er 128 huisartsenposten. Ongeveer 80% van de huisartsen is hierbij aangesloten. Er zijn rond de 110 SEH’s en 25 Regionale Ambulance Voorzieningen met 203 ambulancestandplaatsen Dit betekent dat Nederland in totaal 450 locaties telt van waaruit acute zorg wordt geboden. In totaal zijn er vanwege acute gezondheidsproblemen tussen de 6,9 en 7,2 miljoen contacten met huisartsenposten, SEH’s en ambulancevoorzieningen. In 2008 hadden huisartsenposten in totaal 4,3 miljoen patiëntcontacten, SEH’s behandelden tussen de 1,9 miljoen en 2,2 miljoen patiënten, in 2009 waren er bijna 694.000 spoedeisende inzetten ambulancezorg en 6.000 inzetten van een Mobiel Medisch Team (MMT).

Van de patiënten die contact hebben met een aanbieder van acute zorg, heeft 16,9% in de week van dat contact, twee maal of vaker contact. De combinatie die het vaakst voorkomt, is een consult op de huisartsenpost en een behandeling op de SEH. Van de gezondheidsproblemen waarvoor mensen contact opnemen met de huisartsenpost, wordt 2-8% als levensbedreigend of spoedeisend beoordeeld door de medewerker van de huisartsenpost (huisarts of assistente).
Het merendeel van de problemen is niet dringend. Van de patiënten op de SEH wordt het gezondheidsprobleem in 11% van de gevallen als levensbedreigend of spoedeisend beoordeeld. Ook hier is het merendeel van de problemen niet dringend. Al deze informatie staat sinds kort in Nationaal Kompas van het RIVM en is mede gebaseerd op de meetweken die het Julius Centrum hield in de periode 2004 tot en met 2009. U vindt het artikel alsvolgt: Gijsen R (RIVM), Kommer GJ (RIVM), Bos N (Julius Centrum), Stel H van (Julius Centrum). Acute zorg samengevat. In: Volksgezondheid Toekomst Verkenning, Nationaal Kompas Volksgezondheid. Bilthoven: RIVM, www.nationaalkompas.nl
www.medicalfacts.nl




RAdeR

  • Hoofd Rode Kruis Noodhulpteam, BLS instructeur
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 14,616
Reactie #1 Gepost op: 1 maart 2011, 15:15:51
Medicinale honing doodt MRSA

Medicinale honing doodt bacteriën die betrokken zijn bij wondinfecties, zoals de antibiotica-resistente MRSA. Dat blijkt uit proeven van een Amsterdams-Wageningse onderzoeksgroep.

Dat honing wonden geneest door zijn antimicrobiële werking, is al langer gekend. Dat je biologisch actieve moleculen kunt toevoegen aan de honing om het genezingsproces te versnellen en wondinfecties effectiever tegen te gaan, is echter een nieuw concept. B-factory, een spin-off bedrijf van Plant Research International, onderdeel van Wageningen UR, maakt sinds enkele jaren medische producten op basis van honing. B-factory participeerde in een onderzoek van het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam en PRI om nog betere honingzalfjes te maken.

Snelheid
De Amsterdamse microbioloog Paul Kwakman onderzocht de toevoeging van bepaalde antimicrobiële peptiden aan honing. Dergelijke moleculen hebben een functie in het afweersysteem van planten en dieren, doordat ze bacteriën kunnen doden. Hij maakte een menselijk peptide na en gebruikte daarnaast een ontworpen peptide. Vooral die laatste leidde in de honing tot een snellere doding van bacteriën. ‘Die snelheid is belangrijk’, zegt Kwakman. ‘In een vochtige wond zou honing dusdanig verdund kunnen raken dat ie niet meer effectief is. Daarom moet de zalf snel zijn werk doen.’

Antibiotica-resistent
De medicinale honing werkt minder goed dan gangbare antibiotica, maar werkt wel tegen antibiotica-resistente bacteriën zoals MRSA en ESBL E. coli. ‘Steeds meer bacteriën raken resistent tegen steeds meer antibiotica’, zegt Kwakman. ‘Die toenemende resistentie is een grote zorg. Honing zou in de toekomst een alternatief kunnen zijn voor antibiotica voor behandeling van wonden.’ Voorlopig kan B-factory de verrijkte medicinale honing nog niet toepassen. Voor de toelating van nieuwe medicijnen is veel aanvullend onderzoek nodig.

Nectar
De Wageningse onderzoeker Hans Helsper verkende een tweede route om betere medicinale honing te maken. Hij liet een aan tabak verwante plant een wondhelend peptide, humaan EGF,  maken door het coderende gen in de plant in te bouwen. Dat peptide kwam daardoor in de nectar van de plant terecht. Bijen zetten deze nectar om in honing, met behoud van humaan EGF. Helsper stelde vast dat het werkzame peptide in de honing zat. ‘Het principe werkt’, zegt Helsper. De productie is echter te laag voor een goedwerkende honingzalf. Bovendien zijn de veiligheidsrisico’s van dit gentechproduct nog niet onderzocht.

Helsper, Kwakman en B-factory publiceerden beide studies deze maand in de vakbladen Plant Biology en het European Journal of Clinical Microbiology & Infectious Diseases. | Albert Sikkema
www.medicalfacts.nl


RAdeR

  • Hoofd Rode Kruis Noodhulpteam, BLS instructeur
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 14,616
Reactie #2 Gepost op: 3 maart 2011, 08:49:02
Beste ziekenhuis? Niet aan te wijzen!

Er komt steeds meer vraag naar de beste arts, de beste behandeling, het beste ziekenhuis. Maar tot nu toe bestaat er geen algemeen geaccepteerde methode om kwaliteit van zorg te meten.

Sterftecijfers
Als twee ziekenhuizen worden vergeleken en de uitkomsten verschillen sterk, kan dat liggen aan toeval en aan de patiëntenpopulatie die ze behandelen. Sterker nog: een ziekenhuis met een hoog sterftecijfer kan beter zijn dan een ziekenhuis met een laag sterftecijfer.

Dat stelt dr. Hester Lingsma, die eind vorig jaar cum laude aan de Erasmus Universiteit Rotterdam promoveerde op: ‘Meten van kwaliteit van zorg’.

Kritiek op inspectie
Lingsma spaarde in haar proefschrift de Inspectie voor de Gezondheidszorg niet. Deze baseert zijn uitkomsten vaak op kleine aantallen patiënten per ziekenhuis, slechts tientallen mensen. Dat maakt de door de inspecteurs vastgestelde kwaliteit onzeker, zegt ze. Daarmee wordt slechts de schijn van transparantie gewekt. Overigens onderzoekt de inspectie zichzelf ook kritisch.

Herseninfarct
Lingsma vergeleek zelf tien Nederlandse ziekenhuizen op basis van het percentage patiënten met een herseninfarct dat na zes maanden was overleden of gehandicapt geraakt. Dit percentage varieerde van 29% tot 78%. Deze enorme verschillen werden echter grotendeels veroorzaakt door de soorten patiënten die waren opgenomen. Slechts een klein deel was te wijten aan verschillen in zorg.

Openbaar of niet?
De Rotterdamse onderzoekster vindt dat uitkomsten van kwaliteitsonderzoeken niet openbaar moeten worden gemaakt zolang deze geen rekening houden met statistische onzekerheid en verschillen in patiëntenpopulaties. Anders zijn de uitkomsten enkel misleidend, stelt ze.

Uitzonderlijk
De 28-jarige Lingsma ontving uitzonderlijke complimenten van hoogleraren. Haar werk is ‘van groot belang en van de hoogste kwaliteit’ en ‘een van de beste proefschriften die ik ooit heb gelezen’, oordeelde bijvoorbeeld prof. Geoffrey T. Manley, hoofd Neurochirurgie van het San Francisco General Hospital (VS).
www.medicalfacts.nl


jvo

  • ACH
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 2,933
  • geel busje, geel pak
    • Youtubekanaal
Reactie #3 Gepost op: 3 maart 2011, 23:38:52
Beste ziekenhuis? Niet aan te wijzen!

Er komt steeds meer vraag naar de beste arts, de beste behandeling, het beste ziekenhuis. Maar tot nu toe bestaat er geen algemeen geaccepteerde methode om kwaliteit van zorg te meten.

Sterftecijfers
Als twee ziekenhuizen worden vergeleken en de uitkomsten verschillen sterk, kan dat liggen aan toeval en aan de patiëntenpopulatie die ze behandelen. Sterker nog: een ziekenhuis met een hoog sterftecijfer kan beter zijn dan een ziekenhuis met een laag sterftecijfer.

Dat stelt dr. Hester Lingsma, die eind vorig jaar cum laude aan de Erasmus Universiteit Rotterdam promoveerde op: ‘Meten van kwaliteit van zorg’.

Kritiek op inspectie
Lingsma spaarde in haar proefschrift de Inspectie voor de Gezondheidszorg niet. Deze baseert zijn uitkomsten vaak op kleine aantallen patiënten per ziekenhuis, slechts tientallen mensen. Dat maakt de door de inspecteurs vastgestelde kwaliteit onzeker, zegt ze. Daarmee wordt slechts de schijn van transparantie gewekt. Overigens onderzoekt de inspectie zichzelf ook kritisch.

Herseninfarct
Lingsma vergeleek zelf tien Nederlandse ziekenhuizen op basis van het percentage patiënten met een herseninfarct dat na zes maanden was overleden of gehandicapt geraakt. Dit percentage varieerde van 29% tot 78%. Deze enorme verschillen werden echter grotendeels veroorzaakt door de soorten patiënten die waren opgenomen. Slechts een klein deel was te wijten aan verschillen in zorg.

Openbaar of niet?
De Rotterdamse onderzoekster vindt dat uitkomsten van kwaliteitsonderzoeken niet openbaar moeten worden gemaakt zolang deze geen rekening houden met statistische onzekerheid en verschillen in patiëntenpopulaties. Anders zijn de uitkomsten enkel misleidend, stelt ze.

Uitzonderlijk
De 28-jarige Lingsma ontving uitzonderlijke complimenten van hoogleraren. Haar werk is ‘van groot belang en van de hoogste kwaliteit’ en ‘een van de beste proefschriften die ik ooit heb gelezen’, oordeelde bijvoorbeeld prof. Geoffrey T. Manley, hoofd Neurochirurgie van het San Francisco General Hospital (VS).
www.medicalfacts.nl

Ik zie inderdaad de AD-ziekenhuistest altijd toch met iets andere ogen dan de doorsnee lezer... Was ook leuk gespreksonderwerp met Hester, ik vanuit de praktijk, en zij vanuit haar onderzoek...

Voorbeeld is een academisch ziekenhuis met een hogere mortaliteit dan een perifeer ziekenhuis... ja, das niet zo vreemd, als je makkelijk te genezen bent blijf je gewoon in het perifere ziekenhuis.....
-When responding to a call, always remember that your ambulance was built by the lowest bidder-


RAdeR

  • Hoofd Rode Kruis Noodhulpteam, BLS instructeur
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 14,616
Reactie #4 Gepost op: 4 maart 2011, 11:42:11
Loopkans na dwarslaesie te voorspellen
NIJMEGEN - Onderzoeker Joost van Middendorp en andere artsen van het UMC St Radboud hebben een betrouwbare formule ontwikkeld die voorspelt of iemand weer zelfstandig kan lopen na een dwarslaesie.
Vier eenvoudige lichamelijke testen, waaronder een krachtmeting in de kuitspier en het bovenbeen, én de leeftijd van een patiënt vormen de basis voor een betrouwbare en snelle voorspelling.
De onderzoekers kwamen tot hun formule na analyse van 492 dwarslaesiepatiënten uit 19 Europese landen, in een periode van 2001 tot 2008. Het onderzoek is online in The Lancet gepubliceerd.

Vragen
Eén van de eerste vragen die een patiënt stelt na een acute dwarsleasie is: 'Hoe groot is de kans dat ik weer zelfstandig kan lopen?' Tot op heden was deze kans niet betrouwbaar te voorspellen.
Naast de krachtmeting in de kuitspier en het bovenbeen is ook het gevoel in knie en de buitenkant van de enkel belangrijk. Aan elke testuitslag is een score toegekend.

Leeftijd
Ook de leeftijd is belangrijk. Als een patiënt ouder 65 jaar of ouder is, is de herstelkans kleiner. Alle scores bij elkaar opgeteld voorspellen met 96 procent zekerheid of iemand weer zelfstandig gaat lopen.
De voorspelling kan worden gedaan binnen vijftien dagen na het ontstaan van de dwarslaesie. Naar schatting lopen jaarlijks 150 mensen in Nederland een dwarslaesie op, waardoor zij (gedeeltelijk) verlamd raken.
www.nu.nl


RAdeR

  • Hoofd Rode Kruis Noodhulpteam, BLS instructeur
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 14,616
Reactie #5 Gepost op: 9 maart 2011, 12:17:20
Hartoperatie Sarah in het Kinderhartcentrum UMC Utrecht

Interessant filmpje over hartoperatie baby in het UMC WKZ Utrecht


RAdeR

  • Hoofd Rode Kruis Noodhulpteam, BLS instructeur
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 14,616
Reactie #6 Gepost op: 22 maart 2011, 09:48:13
Arts heeft geen idee medicijngebruik patiënt
UTRECHT - Artsen en apothekers hebben regelmatig geen idee wat voor medicijnen hun patiënten gebruiken. Het overzicht dat de arts of apotheker van het medicijngebruik heeft, klopt een op de drie keer niet met de gegevens van de patiënt.
Dat blijkt uit een dinsdag gepubliceerde meldactie van patiëntenfederatie NPCF.
Uit de meldactie, waar vierduizend mensen aan meededen, blijkt dat medicijngebruik te weinig onderwerp is van gesprek.
Zo vraagt slechts de helft van de huisartsen bij het uitschrijven van recepten niet naar andere medicijnen die gebruikt worden. Van de specialisten vraagt nog niet de helft naar het recente gebruik van medicijnen.

Zelfzorgmiddelen
Vier op de tien deelnemers aan de meldactie gebruiken zelfzorgmiddelen, zoals pijnstillers, hoestdrank en hooikoortspillen.
Een meerderheid van deze groep heeft kenbaar gemaakt dat de huisarts en apotheek nooit naar het gebruik daarvan hebben gevraagd. Dat kan volgens de NPCF onveilige situaties opleveren. ''Sommige middelen die mensen bij de drogist kopen, bijvoorbeeld bepaalde pijnstillers, kunnen van invloed zijn op de werking van medicijnen”, aldus de patiëntenfederatie.
www.nu.nl


RAdeR

  • Hoofd Rode Kruis Noodhulpteam, BLS instructeur
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 14,616
Reactie #7 Gepost op: 23 maart 2011, 10:28:30
'Elektronisch voorschrijven nu al nuttig'
Het is zeer risicovol om geneesmiddelen voor te schrijven zonder geautomatiseerd systeem dat direct interacties en mogelijke contra-indicaties signaleert. Dat dit systeem nog lang niet dekkend is, doet daar niet aan af, schrijft de Inspectie voor de Gezondheidszorg op medischcontact.nl.
Medisch Contact schreef eerder dat elektronisch voorschrijven nog voorbarig is. De Inspectie voor de Gezondheidszorg reageert daarop door te zeggen dat het nu al nuttig is.

Invoeringsmaatregelen
"Natuurlijk zijn er nog tal van invoeringsmaatregelen noodzakelijk en bestaat er een verschil in de mate waarin artsen nu al in staat zijn om elektronisch voor te schrijven. Maar dat huisartsen daar nog onvoldoende toe in staat zouden zijn, bestrijden wij. Zij beschikken nagenoeg allemaal over een elektronisch patiëntendossier en hebben de mogelijkheid om elektronisch voor te schrijven. Dit per 1 januari 2012 verplichten, is dan ook een logische maatregel. Dat ligt anders voor bijvoorbeeld artsen die werkzaam zijn in ziekenhuizen en verpleeghuizen. De inspectie gaat met hen na wat per 1 januari 2012 gerealiseerd kan zijn. Dat geldt ook voor andere groepen artsen", schrijft Jan Vesseur, project-hoofdinspecteur patiëntveiligheid en zorg-ICT bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg. "Daar waar elektronisch voorschrijven nog onvoldoende is doorgevoerd, verwacht de inspectie concrete initiatieven om dit zo snel mogelijk te realiseren. Dit bepaalt ook de wijze waarop de inspectie zal handhaven vanaf 2012."
www.zogvisie.nl


Golly

  • Medisch Milieukundig Adviseur en GAGS i.o. bij een GGD/VR
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 1,307
  • Hulpverlenen bij Rampen en Evenementen
    • Rode Kruis Den Haag
Reactie #8 Gepost op: 23 maart 2011, 11:02:40
Nu.nl:

Minder opties voor klanten Achmea
Uitgegeven:   11 maart 2011 10:46
Laatst gewijzigd:   11 maart 2011 10:46
AMSTERDAM - Verzekerden van Achmea kunnen met ingang van volgend jaar op minder plekken terecht voor zeven gecompliceerde operaties. De zorgverzekeraar neemt nieuwe kwaliteitseisen over die chirurgen onlangs hebben opgesteld voor die operaties.


© ANP
De zorgverzekeraar wil alleen nog operaties vergoeden in ziekenhuizen die aan de eisen voldoen, meldt Achmea.
Van de 91 ziekenhuizen in Nederland zijn er 47 die niet aan de eisen voldoen bij een of meer operaties.

Normen
Het gaat om een lijst van zeven soorten operaties. De Nederlandse Vereniging voor Heelkunde maakte onlangs normen bekend voor negen operaties.
Achmea laat twee operaties nog buiten beschouwing omdat de normen onduidelijk of discutabel zijn.
Operaties
De lijst van Achmea heeft betrekking op zeven complexe operaties voor borstkanker, darmkanker, blaaskanker, slokdarmkanker, longkanker, uitzaaiingen in de lever en verwijde buikaorta.
Er worden onder meer eisen gesteld aan het minimumaantal operaties dat een ziekenhuis moet uitvoeren.
© Novum


Ik hoop toch dat men niet X km extra  moet gaan rijden met een patient met een AAA? waar zou de grens liggen waarop je zegt dat of minder oefening of ene langere reisafstand beter of slechter is?
Vrijwillig: Evenementenhulpverlener, TL Noodhulpteam, Onderzoeker Nederlandse Rode Kruis


vesalius

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 1,506
Reactie #9 Gepost op: 23 maart 2011, 14:34:05
{knip}

Ik hoop toch dat men niet X km extra  moet gaan rijden met een patient met een AAA? waar zou de grens liggen waarop je zegt dat of minder oefening of ene langere reisafstand beter of slechter is?

Met een AAA (Aneurysma Aorta Abdominalis) kan je best langer reizen, maar dat is inderdaad wel een probleem als het een AAAA (Acuut Aneurysma Aorta Abdominalis) is, dan zit je niet te wachten op deze extra reistijd, maar is er in het lokale zkh geen ervaring meer omdat ze geen AAA's mogen doen.

De meeste AAA's zijn niet acuut en worden electief geopereerd of tegenwoordig ook steeds vaker percutaan gestent. Dit zijn uiteraard wel flinke operaties en hebben wel degelijk een volume-effect waarbij er betere cijfers worden behaald in de hoog-volume centra. Of dit opweegt tegen de langere reistijd en daardoor een verwachte hogere sterfte voor Acute AAA's??? Om eerlijk te zijn denk ik gevoelsmatig dat het inderdaad ertegen opweegt, maar ik heb geen cijfers paraat of dat ook inderdaad zo is.